Beste vrienden,

Ik ben graag in abdijen. Het is alsof ze ons even over de tijd heen tillen en ons bevrijden van de waan van de dag. De energie op die plaatsen is meestal sterk en rustgevend.

Het verblijf in de priorij Bethanië met een groep van 28 mensen van La Verna kwam voor mij op een goed moment. Ik had net een griep achter de rug en was nog herstellende, maar ik wist dat samenzijn in verbondenheid op zo’n plek mij goed zou doen.

Op vrijdagavond begonnen we met een kennismakingsmoment: iedereen maakte een beweging die uitdrukte hoe hij of zij zich voelde met betrekking tot het weekend. Het was mooi om de innige, verstilde, blije, grappige, … bewegingen te zien.
De volgende dag drukten we ons al tekenend uit. We deelden met elkaar wat er in ons omging. We ontmoetten elkaar spontaan, zonder druk van ‘zo zou je moeten zijn’, nee gewoon zoals het op dat moment was.
Er waren ook de gebedsmomenten met de zusters. Wie wilde, kon ernaartoe gaan, voor anderen was het een moment van stilte of een pauze.
Ik merkte bij mezelf dat de verbondenheid met de groep mij een stille rust gaf. Ik voelde geen super enthousiasme, ook nauwelijks emoties, er was gewoon tevredenheid.

Op zondag kwam zuster Hannah, de priorin van de abdij, getuigen. Ze vertelde heel spontaan en vrij over haar leven. Haar roepingsverhaal kwam uitgebreid aan bod. Het was een verhaal van weerstand en toch telkens opnieuw geroepen worden. Het was ook een verhaal van verrijking en zelfrealisatie: hoe ze verder had gestudeerd, verschillende kloosters in de wereld had bezocht, vele talen had geleerd, …
Ze sprak ook eerlijk over het samenleven in het klooster, met vrouwen die je niet had gekozen, en met een enorme vergrijzing. De priorin is in de veertig, er is nog een jonge zuster van 28, alle andere zusters hebben al ‘een gezegende leeftijd’.
Doorheen de getuigenis van deze zuster priorin sprak de liefde van en voor Christus. Die liefde staat centraal in haar leven.
We stelden haar ook vragen, hoe zij kijkt naar de toekomst van het spirituele leven en van de kloostergemeenschappen. Ze antwoordde eerlijk, hoe ze beseft dat het kloosterleven, zeker hier in Vlaanderen, in de huidige vorm geen toekomst meer heeft, maar dat ze vertrouwen heeft dat er nieuwe vormen zullen ontstaan.

Na het gesprek met de zuster spraken we nog even onder elkaar. Iedereen was enthousiast: wat een openheid, wat een eerlijkheid, wat een diepte! Sommige mensen van onze groep zagen er een teken van hoop in en er werden voorbeelden gegeven van leken die meer en meer te zeggen krijgen in verschillende congregaties.
Toen overviel mij plots en heel onverwacht een verdriet. Ja, er was openheid en eerlijkheid en vertrouwen. En ja, de zuster was heel authentiek en ja, ze liet de toekomst open.
Vanwaar dan dat verdriet?
Misschien was het het woord ‘leken’ dat dit verdriet uitlokte. Ik hou niet van dat woord. Ik hou niet van het onderscheid tussen religieuzen en leken. Elke mens die verlangt naar verbondenheid, naar liefde en geborgenheid, is religieus.

Ik voelde aan dat er binnen kerkgemeenschappen openheid is zolang in hun eigen kader wordt gebleven. In dat kader staat de figuur van Christus centraal. Dat voelde ik niet alleen daar, dat voel ik in de meeste kerkelijke kringen. Je wordt maar als een gelovige gezien als je het leven van Christus als model neemt, als het evangelie de referentie voor je leven is. Voor mij wringt daar het schoentje. Het scharen rond een figuur, rond een model, ervaar ik als verleden tijd.
Jezus Christus is iets nieuws komen brengen in zijn tijd. Het mens- en maatschappijbeeld van toen, dat gebouwd was op oog om oog en tand om tand, verving hij door een boodschap van liefde. Het was een krachtige en revolutionaire boodschap. Die boodschap was zo ‘goddelijk’, zo vernieuwend dat de kerk in de boodschapper God heeft gezien. Zo werd de basis gelegd van een geloof waarin het leven van Christus centraal stond, en waar hij als enige ‘de Zoon van God’ werd genoemd.

We leven nu in een andere tijd, met een ander bewustzijn. Niet de boodschapper maar de boodschap is het centrale gegeven. De boodschapper is gebonden aan tijd en ruimte, de boodschap niet. Liefde is universeel en drukt zich uit in oneindig veel vormen. We worden er ons nu van bewust dat ieder van ons ‘het Christusbewustzijn’ in zich draagt, de kern van liefde die ons verbindt met anderen en met alles wat bestaat. Elke mens draagt het goddelijke in zich. Niet enkel Jezus is de Zoon van God, we zijn allemaal kinderen van God. En dit zonder onderscheid.

Ieder van ons kan de liefde in zichzelf ontwikkelen en alles wat liefde verhindert onderzoeken. Ieder van ons kan die weg van bewustzijn gaan. En ieder doet dat op zijn eigen tijd en op zijn eigen manier. We hebben geen kerk of geen mensen nodig die ons zeggen hoe we moeten leven of wat we moeten doen. We hebben wel mensen nodig die ons inspireren om te worden wie we in wezen zijn. En die mensen zijn er ten overvloede. Jezus was zo’n mens. En nog veel spirituele leraren. Maar evengoed kan het je kind, je buurvrouw of je garagist zijn.

Mijn verdriet heeft daarmee te maken: met het in stand houden van een gods- en mensbeeld dat in mijn aanvoelen verleden tijd is. Door het verblijf in de priorij en het ongedwongen en eerlijk samenzijn met onze groep werd in mij de roep van de bevrijdende kracht van de liefde wakker. Die doet alle scheidingen tussen religieuzen en leken, tussen gelovigen en niet-gelovigen, tussen gelukt en mislukt, tussen goed en kwaad, wegvallen. Er is enkel liefde waarin wij opgenomen zijn. Wat telt is dat we mens zijn, met onze gaven en onze beperkingen en dat we graag zien en graag gezien worden.

Het is zo’n eenvoudige boodschap. Het geloof is niets anders dan het universele dat ons met elkaar verbindt, over de tijd heen, en dat ons doet liefhebben. In die optiek doet het mij pijn dat de kloosters en abdijen teloor gaan omdat ze vasthouden aan een spiritualiteit die een model vooropstelt, eerder dan de mens die verlangt gezien te worden in zijn menszijn.

Aan elk van jullie wens ik een zalig paasfeest.
Dat de liefdeskracht in jou mag ontluiken als een prachtige bloem!

Kristin
Maart 2015